In de sigarenindustrie was er een strijd gaande tussen de patroons en de al dan niet georganiseerde werklieden. De sigarenfabrikanten met filialen in andere steden speelden het hard. Er werd onmiddelijk met sluiting gedreigd. Bij Tinchant Frères in de Stuiverstraat in Stratum was het geduld sneller op. Directeur Wouters van de Antwerpse fabrikant sloot de vestiging in december 1906.
Maar al eerder waren er schermutselingen.
In 1907 ontstaat er ook in Eindhoven steeds meer onrust over de overgang van handwerk naar vormwerk.
De in 1901 opgerichte Eindhovense patroonsvereniging had inmiddels 87 leden-werkgevers. Ze voelde zich financieel sterk genoeg om de arbeiders-organisaties uit te dagen. En geen eisen van de sigarenmakers in te willigen. Aan de deelnemende fabrikanten wordt een lijst gestuurd om de namen en beroepen van alle werknemers in te sturen teneinde die eventueel uit te kunnen sluiten en om moeilijkheden bij het weer aannemen te voorkomen. Uit die lijsten is de volgende statistiek opgemaakt:
De mannelijke, (vrouwen en jongens konden geen lid worden,) Katholieke sigarenmakers waren voor het grootste deel lid van het Gilde St. Franciscus Xaverius.
De geestelijke adviseurs van het gilde probeerden alle geschillen van de leden minnelijk te schikken, en anders aan de wensen van de werkgevers toe te geven. Ze vermeden conflicten en namen geen voorzorgsmaatregelen.
Uit onverwachte richting, het christelijk-democratische blad "Recht en Plicht" krijgen de arbeiders nog een veeg uit de pan."Een jaar lang hebben zij den strijd zien aankomen en toch is er geen ammunitie in voorraad om met eigen kracht een beetje het hoofd te bieden aan de patroons met wie zij eens willen worstelen."
De broodfabriek en winkel van de coöperatie helpt elkander op de hoek Harmoniestraat Binnenpad. De rijke "Internationale" uit de Harmoniestraat was niet zo volgzaam, wat een: "niet gewenschten invloed uitoefende op den Godsdienstzin en de tevredenheid der Kath. arbeiders"
Bij G.H. Aalfs en G.H. de Jongh werd een 3 cents handwerksigaar met een loon van 60 cent per honderd, omgezet in een vormwerkmodel te maken in 4 vormen een z.g. imitatatie handwerksigaar voor 45 cent/100. Na protest van het Gilde werd niet de prijs verhoogd naar 50 cent, maar het aantal vormen naar 5.
Zeven arbeiders gingen keurig na werktijd in staking. Een ultimatum volgde. Indien voor 12 uur op vrijdag 10 mei geen schriftelijke verklaring aan de patroonsvergadering is afgegeven dat alles bij het oude blijft, dan gaan op zaterdag alle fabrieken dicht.
Hetgeen gebeurde. De patroons hadden uit voorzorg geen tabak laten bevochtigen, overtuigd als ze waren van hun volgende stap.
Drieduizend arbeiders werden uitgesloten.
Volgens de Peel en Kempenbode (sterk op de hand van de patroons) 3000 de Meijerijsche Courant houdt het op 2800.
Het Gilde telt 1153 leden de internationale 130, terwijl 1300 werklieden niet aangesloten waren. Om vrouwen en kinderarbeid tegen te gaan nam het Gilde geen gehuwde vrouwen en geen jongens als lid aan.
Voorzitter J.W.L. van der Putt van de Fabrikantenvereniging telt er 2733.
Over het Gilde 1153, zijn ze het eens de andere aantaleen zijn bij St. Fraciscus Xaverius onbekend.
Volgens de MC waren er in totaal maar 30 vrouwen werkzaam.
Het jaarrapport van de gemeent Woensel spreekt dit tegen. Alleen al in Woensel waren er 100 vrouwen, 60 Jongens en 48 meisjes in de sigarenindustrie werkzaam.
Vrijwel dagelijks waren er lijmpogingen vanuit de werknemers. Die de leden van de tegenpartij niet bereiken. Op het verwijt van Franciscus Xaverius dat hun voorstellen door het bestuur van de fabrikantenvereniging niet doorgeven worden aan de leden antwoord men: We hebben hebben jullie voorstel aangehoord, en "we hebben je niet verboden deze schriftelijk aan te bieden.
Het bestuur van de fabrikantenvereninging was graag bereid te onderhandelen mits het gilde vooraf met het standpunt van de patroons instemde. De volgende twee punten moesten worden erkend:
1- De lonen zoals die bij Aalfs en de Jongh zij vastgesteld geheel in overeenstemming zijn met die welke op de andere fabrieken gegeven worden.
2- Dat in het bijzonder het loon van 45 cent/100 voor de 3 cemts sigaar nr 41 gemaakt in 5 vormen 2 cent hoger is als normaal in Eindhoven.
Uit De geschiedenis der uitsluiting in de sigarenindustrie te Eindhoven van zaterdag 11 mei tot op heden 17 juni 1907 Auteur(s) : J. van Rijzewijk, J. Sloots
Op 6-6-1907 bleek een comite van Burgemeesters en Gemeentesecretarissen, olv van de Burgemeester van Woensel, Willem (Guillaume) de Vries, net als zijn voorganger H.J. Vlijmincx behalve Burgemeester ook ondernemer, grote problemen te voorzien als de uitsluiting voort blijft duren.
"Wij willen ons niet afvragen aan welke zijde gelijk of ongelijk ligt."
"'t is waar, zoodra die arbeidersvereninging zich gewonnen geeft, zoodra zij wil bekennen dat zij ongelijk, de patroons gelijk hebben, zullen de fabrikanten niet ongenegen zijn, althans voor de meesten hunne werkplaatsen te heropenen."
"... honderden huisgezinnen, die het in gewone omstandigheden toch al niet te breed hebben, moeten zich met veel minder tevreden stellen; armoede en gebrek grijnst hen tegen"
De redacteur van de Peel en Kempenbode bagatelliseert en is een voorstander van kinderarbeid: De Eindhovense sigarenmaker leeft onder alleszins gunstige omstandigheden.
Doorgaans bewerkt hij een stukje grond.
Deze en gene heeft een varken of een of meerdere geiten.
De vaders is het doorgaans gelukt hun kinderen werkzaam te stellen. Waardoor deze reeds zeer jong enig geld verdienen.
Met andere woorden als vader 's avonds bijwerkt, en het gehele gezin in loondienst is, kan het rondkomen.
In 1908 in Woensel 108 kinderen op een totaal van 473 werknemers in de sigarenindustrie. En totaal 23 kinderen in de overige fabrieken samen. (Alle andere bedrijvigheid vond plaats in ambachtelijke bedrijven die niet in de statistiek opgenomen zijn.) Op zaterdag 22 Juni 1907 word het, op vrijdag door de leden van het gilde aangenomen compromis, gepubliceerd.
Dan volgt een paginalange specificatie van alle modellen en bewerkingen. Na een enkele discussie worden alle voorstellen aangenomen.
De Coop. sigarenfabriek der werkverschaffing (WVO) huurde in mei 1907 de oude fabriek van Vlijmincx-de Vocht aan de Broekseweg.
"Het Gilde St. Franciscus Xaverius" begon in 1908 in de sigarenfabriek aan de Parallelweg 27.
Zie verder Aalfs en de Jongh